We werden verwelkomd in het Thijssepark door een bloeiende
Nederlandse
vogelkers (prunus pada) niet te verwarren met de vogelpest oftewel de
Amerikaanse
vogelkers. Het was voor half april schitterend weer.
IVN-gidsen loodsten ons in twee groepen door het Thijssepark.
Het Thijssepark net voor de oorlog en in de oorlog aangelegd als
werkverschaffingsproject.
In de jaren dertig was de Braak als heemtuin aangelegd daarna dus het
Thijssepark. Het
middenstuk is na de oorlog aangelegd. Het park is eigenlijk niet zo groot
en op sommige
plekken erg smal. Desondanks waan je je door allerlei architectonische
ingrepen in een groot
park met doorkijkjes, lanen, besloten ruimtes,etc.. In het park staan bijna
alle planten die in
Nederland voorkomen. Dit kan doordat men heel succesvol geweest is in het
laten wennen
van de planten aan de zure veengrond.
Het park is zo gemaakt dat de waterhuishouding niet vermengd wordt met
aanliggend water.
Ook wordt regelmatig de bodem opgehoogd omdat die inklinkt.
We zijn op zoek naar Sintzeplanten (stintze= stenen huis in het Fries),
planten ingevoerd
door de rijkere klasse in de zestiende en zeventiende eeuw om hun rijkdom
te tonen en
ingevoerd uit allerlei verschillende landen. In het voorjaar te bewonderen
want het zijn veel
planten die onder bomen staan en dat betekent dat ze alleen in het voorjaar
het volle zonlicht
kunnen genieten. Als er eenmaal bladeren aan de bomen komen is er al zaad
gezet. Het zijn
dus meestal hele vroege bloeiers.
Opvallende observatie: heel veel bomen zijn getopt en bestaan nu uit twee
stammen.
In het volgende geeft de verslaglegger een indruk van de rijkdom van de
planten in het
Thijssepark door een aantal planten te noemen en te illustreren of met een
link naar internet
of met een foto of afbeelding va internet. Wanneer er gidsenwijsheden zijn
die de moeite
waard zijn worden die erbij vermeld.
slanke
sleutelbloem
gulden
sleutelbloem
stengelloze
sleutelbloem
gele
dovenetel, de gele dovenetel is beschermd
holwortel,
niet te verwarren met de vingerhelmbloem te herkennen aan handvormige blaadjes:
vingerhelmbloem
grootbloemige
muur, lijkt op vogelmuur wat bijna overal te vinden is:
grote
muur
kievitsbloem
wilde
hyacint, (zelden bloeit de boshyacint zo vroeg, al op Toms verjaardag)
wilde
gagel, en zo kwamen we langs een gagelstruik, sterk geurend, en vroeger als
kruid gebruikt in de
gruit
(kruidenmengsel) voor het bereiden van bier, een beetje giftige toevoeging
trouwens.
bosanemoon
Het
Thijssepark is een van de weinige plaatsen in het westen van Nederland waar de
bosanemoon
te bewonderen is, evenals de gele anemoon (een heel andere soort).
Gele
anemoon
Hieronder
een prachtige afbeelding van de zuurbes (niet in het Thijssepark gezien) maar
wel
interessant.
Drie maal een tikje tegen de stamper en de meeldraden klappen op de stamper.
Bessen
zijn zeer gezond (zegt de een) en giftig zegt de ander.
Longkruid,
men dacht dat de vorm van het blad iets zou zeggen over de weldadige werking
van het
kruid
op de longen evenals de blauwe en rode bloemen (zuurstofrijk en zuurstofarm
bloed).
knikkend
nagelkruid, bij het knikkend nagelkruid blijven de meeldraden door het knikken
droog
dotterbloem
maretak,
De maretak is echt een vreemd element in het Thijssepark. Komt alleen voor op
kalkrijke
bodem.
Maar nu als laatste daad van een afscheid nemende werknemer in het park
gevlekte
aronskelk
gulden
boterbloem, niet te verwarren met de overal voorkomende scherpe (hoge plant) of
kruipende (natte
omgeving)
boterbloem; boterbloemen smaken scherp, het vee houdt er niet van en graast er
omheen,
en veroorzaken huidirritaties
koningsvaren
(geen stintzeplant): prachtige varen die op een troon van oud materiaal op een
hele
originele manier zijn bladeren door het oude materiaal heen boort. Vroeger
ondergrond
voor
de kweek van orchideeën.
slangenwortel
(zie ook aronskelk) familie van, groeit vooral in het water
zomerklokje
naast het sneeuwklokje (klein en vroeg bloeiend) en het lenteklokje (iets later
bloeiend)
nu al bloeiend het zomerklokje.
kruipend
zenegroen
eenbes
(zeer zeldzaam en zeer giftig)
brem
(verschillende soorten: struik, bezembrem,….), bloemen erg mooi: zeer aparte
vorm vergelijkbaar met een schip, met een vlag, een kiel en twee zwaarden
stinkende
gouwe zou goed zijn tegen wratten
groot
hoefblad komt eerst met de bloemen door de grond en dan pas de bladeren. Wordt
gebruikt bij oevers en is dan een prima dekking voor allerlei dieren
voorjaarshelmkruid
knikkende
vogelmelk (hierboven)
wede:
werd vroeger gebruikt als blauwe verfstof voor indigo de markt verpestte.
groot
glaskruid : familie van de brandnetel, bevat silicium, in gedroogde staat
gebruikt om
hout
te polijsten
daslook
van de familie van de uien (eetbaar)
lelietje
van dalen dodelijk giftig maar o zo lieflijk
wildemanskruid
bostulp
; vermeerdert ook via wortelstokken
kleine
valeriaan
kruidvlier
voorjaarszonnebloem
pracht
schubwortel (parasiet die het erg goed doet op wilgen en berken)
waterdrieblad
wateraardbei
goudveil
Hans Buijze